Als we de problematiek van die ene bewoner nu eens voor een moment terzijde schuiven, de klinische kant even laten voor wat het is. Wat voor beeld ontstaat er dan? Wat komen we te weten over de persoon achter de beperking? En hoe kunnen we dan vervolgens die persoonlijkheid versterken? Typische OlmenEs-vragen. Een interne werkgroep is bezig met het OlmenEs-antwoord: de beeldvormende bespreking.
Ooit, in de begindagen van OlmenEs, hielden begeleiders en staf om de zoveel tijd een bewonersbespreking. Op de thema-avonden passeerden alle bewoners de revue, waarbij niet de handicap maar hun persoonlijkheid centraal stond. Dat werkte destijds goed voor de achttien bewoners. Met de groei van de instelling bleek deze vorm echter niet vol te houden. OlmenEs schakelde over op andere vormen. Naast de beeldvormende bespreking zijn er ook nog andere vormen van besprekingen waar meestal de problematiek centraal staat zoals de BIC (Bevordering
Initiatief Cliënt) en de Heijkoop methode.
“We keren met de beeldvormende bespreking terug naar de basis”, aldus manager van de werkplaatsen Jessica van Dijk en euritmist René Schiebergen. Beiden maken deel uit van de werkgroep die op verzoek van het managementteam de praktijk van de bewonersbespreking nieuw leven inblaast.
Jessica heeft eerder met het bijltje gehakt bij de Zonnehuizen Veldheim en Stenia en bij Camphill in Zeist. En René heeft als euritmietherapeut op verschillende andere plekken, Ilmarinen en therapeuticum Groningen, ervaring opgedaan met de bespreking op de manier die wij nu doen. “We deden eerder ook al aan beeldvorming, maar met slechts een handjevol betrokkenen. Sinds twee jaar is de nieuwe vorm gekozen en is de groep groter geworden tot een groep van een man of twintig, die als een versterkende schil om de bewoner heen komt te staan. De inbreng van de persoonlijk begeleiders en de werkplaatsbegeleiders zal daarbij nadrukkelijker zijn, zij hebben tenslotte dag in dag uit met de bewoners te maken. Nu zijn de zorgprocesbegeleiders, of ik (René), automatisch voorzitter bij de bespreking, maar eigenlijk zouden de begeleiders de regie moeten voeren. “De begeleiders willen meer betrokken worden bij de individuele zorgplannen. En dat sluit weer aan bij de wens van de instelling om de verantwoordelijkheid dichter bij de werkvloer te leggen.”
“De revival houdt eveneens de herijking in van de antroposofische visie,” vult Jessica aan. “De doelmatigheidsenquête liet namelijk ook zien dat onder het personeel de behoefte bestaat aan meer inhoudelijke verdieping en duidelijker richtlijnen. De antroposofische benadering is niet voor iedereen even vanzelfsprekend. Dat moet je dan scholen. Inmiddels is de werkgroep bezig een handleiding op te stellen waarmee we de komende tijd met de teams gaan oefenen.”
De methodiek om vanuit het antroposofisch mensbeeld de bewoner te bezien, spruit voort uit het besef dat de handicap al zo vaak op de voorgrond staat. De bewoner is echter meer dan zijn klinisch diagnose. Door de persoon achter de problematiek op te roepen, verschijnen nieuwe inzichten die mogelijk tot bijstelling van het zorgplan kunnen leiden. De frisse kijk wakkert ook het professioneel enthousiasme aan, verwacht de werkgroep. De dooddoener ‘daar hebben we het al zo vaak over gehad’ zal juist reden zijn om de beeldvormende bespreking in te zetten. Op zijn beurt zal de bewoner zich gesterkt voelen door de kracht van de betrokken kring om hem of haar heen.
“De vorming begint met de voorbespreking waarbij we de persoonlijk begeleiders, werkplaatsbegeleiders, teamleiders, therapeuten, orthopedagoog en de zorgprocesbegeleider vragen een beeld aan te dragen dat de bewoner bij hen boven brengt. Geen makkelijke associatie, maar een doordachte metafoor. Denk bijvoorbeeld aan een bergwaterval, een stokstaartje, of een gedrongen eik. Bij de inventarisatie vragen we ons af wat de bewoner oproept. Zijn het voornamelijk beelden van dieren, of juist van planten? Zijn ze kleurrijk of flets? Enzovoorts. Vervolgens vertalen we de uitkomsten naar de vier elementen uit de antroposofie, om te bezien welke bewegingsbeelden en levenskrachten eruit op te maken vallen. Daarna is het tijd voor een pas op de plaats. De persoonlijk begeleider vertelt over de biografie, de diagnose in het zorgplan komt aanbod, en we beschouwen de algehele constitutie van de bewoner. Dan keren we weer terug. Hoe verhouden de klinische gegevens zich tot de eerdere beelden en wat zegt dat ons? Zo ontdekken we waarschijnlijk kanten aan de bewoner die iets meer over de persoon zelf zeggen die achter de beperking verborgen zit.
Wat de uitkomsten ook uitwijzen, een blauwdruk zal de beeldvormende bespreking nooit zijn, benadrukken René en Jessica. Het terugkerende proces verfrist telkens opnieuw het algehele mensbeeld van de bewoner, vooral daarin ligt de waarde. Daarnaast zullen de begeleiders aan de hand van de antroposofische visie in staat worden gesteld om hun professionele verantwoordelijkheid verder uit te bouwen.
OlmenEs is een gemeenschap voor volwassenen met een verstandelijke beperking centraal in Noord Nederland. Antroposofie is onze basis. Wij bieden zorg, begeleiding en ondersteuning bij het samen wonen, samen werken en samen leven. Voor ons is de persoonlijkheid van de bewoner leidend, niet zijn beperking.